Skip to main content

Leerlingen, studenten en kinderen vinden leren een zwaar en langdurig proces. Veel hoofdstukken, bladzijden, termen en definities die ze moeten kennen. Leerlingen zitten urenlang te leren en hebben het gevoel nog steeds weinig te hebben geleerd. Er bestaan meerdere leertechnieken. Maar hoe leer je nou op een leuke en effectieve manier?

De vergeetcurve

De VergeetcurveAls je iets leert dan moet je dat eerst begrijpen. Daarna is het belangrijk om hetgeen dat je hebt geleerd goed te onthouden. Welke leertechniek je ook gebruik, herhaling van de stof is essentieel om het goed te leren. In een​ vorige blog ​had ik het al over de vergeetcurve. Hermann Ebbinghaus ontdekte deze curve in 1964. Wanneer je de nieuwe lesstof niet herhaalt dan zal het weer wegzakken. In de eerste instantie gaat het wegzakken heel snel, na elke herhaling gaat het steeds langzamer.

Herhalingstrategieën

Voor herhaling zijn er meerdere strategieën. Daarin maken onderzoekers een onderscheid tussen passieve en actieve herhalingstrategieën (Weinstein & Mayer, 1986). Passieve herhaling is het steeds herhalen van de leerinhoud tot die gekend is (stampen). Dit is eigenlijk alleen handig wanneer het om een kleine hoeveelheid stof gaat. Als het om een grote en complexe lesstof gaat, dan wordt dat bijna onmogelijk.

Bij actieve herhalingstrategieën wordt herhaling ingezet om informatie vast te houden zodat het verder verwerkt en vastgezet kan worden in het geheugen. (Weinstein & Mayer, 1986). Voorbeelden van actieve herhaling is het onderstrepen van belangrijke zinnen, markeren en het gebruik van flitskaarten.

Volgens onderzoek 1 heeft een student 17 herhalingen nodig om een nieuw woord volledig te leren.

Flitskaarten

Wetenschappelijk onderzoek zegt dat studenten die flitskaarten gebruiken over het algemeen hogere resultaten behaalden (Nate Kornell 2009). Maar wat zijn het eigenlijk?

Flitskaarten, oftewel flashcards, zijn kaartjes met op de ene kant een vraag of term en aan de andere kant het antwoord of de definitie. De kaartjes kun je zelf maken, online vinden of kopen. Zelf maken is heel leerzaam, maar kost ook veel tijd. Daarom heeft De Bijlesmeester ook ​flitskaartjes​ ontwikkeld voor de basisschool.

De toepassing

Flitskaarten WerkingHet gebruik van flitskaarten is heel simpel:

  1. Bekijk de kaart
  2. Bedenk wat er op de achterkant staat
  3. Draai de kaart om en kijk of je het goed had.

De Duitse psycholoog Sebastian Leitner (1972) heeft een praktische toepassing ontwikkeld voor het herhalen. Dit wordt het “Leitner-systeem” genoemd:

In dit systeem worden items die goed worden beantwoord minder vaak herhaald en items die fout worden beantwoorden vaker. Leitner toonde aan dat er tussen 20 en 40 procent tijdwinst kan worden behaald hiermee. Hij beweerde ook dat het beste herhaalmoment net voor de stof wegzakt is.

Het leren met flitskaarten blijkt effectief door twee factoren. Bij het ​testing effect ​gaat het om de korte pauze tussen de term/vraag en de definitie/ het antwoord. Die test je als het ware of je over de kennis beschikt en stimuleert de leerling om het antwoord uit zijn geheugen te halen. Ook al lukt dat niet, het brein wordt gestimuleerd en dat is weer leerzaam.

Verder is de pauze cruciaal om echt te zien of je het kent. Het beste is om het antwoord dat je denkt dat het is hardop te zeggen, of in je hoofd. Wanneer je het daadwerkelijke antwoord leest moet je goed onderscheid maken tussen of herkenning en herinnering. Als je het antwoordt herkent en denkt van ohja, dan betekent dat niet dat je het weet. Dat is juist een teken dat je het wel herkent, maar nog moet herhalen om het te leren.

Daarnaast wekt de korte pauze nieuwsgierigheid op. De leerling wil graag weten of hij het antwoord goed heeft of wat het antwoord dan wel is. Hierdoor staan de hersenen optimaal open voor de informatie en is de leerling gemotiveerd.

De andere factor is het ​spacing effect. Dat gaat over de herhaling van de leerstof. Dus niet alles in één keer stampen, maar verdelen over meerdere sessies. Uit onderzoek van Nate Kornell blijkt dat het verspreid leren over meerdere dagen het meest efficiënt is.

Het droppen

Waar je goed op moet letten is dat de correct beantwoordde flitskaarten niet te snel volledig worden “gedropt”. Uit een studie bleek dat de effectiviteit van flitskaarten sterk afhangt van het moment dat de student de kaarten dropt (Nate Kornell, 2008). Wanneer studenten dat te vroeg deden, zakte de stof uiteindelijk weg en wanneer dat te laat gebeurde hadden de studenten onvoldoende tijd voor de rest van de stof.

Metacognitie

Het gebruik van flitskaarten is motiverend. Je kunt gemakkelijk je vooruitgang zien; je ziet hoeveel kaarten je geleerd hebt. Daarbij kun je eigen doelen stellen, waarna je wordt beloont met het gevoel van prestatie dat zeker motiveert.
Flitskaarten zorgen ook voor het trainen van de metacognitie. Metacognitie is het inzicht in het eigen leerproces. Je wordt gedwongen om je eigen antwoord te vergelijken met het antwoord op de kaarten.

Kinderen

Voor kinderen zijn flitskaarten uitermate geschikt. Jonge kinderen hebben over het algemeen een hele korte aandachtsduur. Het snel flitsen van de kaarten trekt hun aandacht en je kunt er korte leerperiodes mee maken. Daarnaast zijn flitskaarten voor kinderen vaak kleurrijk en met plaatjes. Wat het natuurlijk ook leuker maakt voor kinderen.

Kortom is het gebruik van flitskaarten een leuke, gemakkelijke, efficiënte en effectieve manier van leren. De juiste leer- en geheugentechnieken zijn uitermate belangrijke bij het leerproces. Elk individu heeft uiteindelijk zijn eigen behoeften en manieren. Iedereen leert anders en heeft zijn voorkeuren. Het beste is om voor jezelf of voor je kind uit te proberen wat het beste werkt.

 

Referenties

Kamil, M. L., Borman, G. D., Dole, J., Kral, C. C., Salinger, T., and Torgesen, J. (2008).